PERSBERICHT
TNO onderzoek: “luchtkwaliteit RTHA niet veilig”

Uit onderzoek van TNO in opdracht van luchthaven Rotterdam The Hague Airport (RTHA) blijkt dat met name opstijgend vliegverkeer zorgt voor flinke pieken van concentraties ultrafijnstof in de omgeving.

De conclusie dat gedurende het jaar het vliegverkeer ‘slechts’ voor 15% bijdraagt aan de totale concentratie ultrafijnstof is nog geen reden tot opluchting, schrijft de Natuur en Milieufederatie Zuid-Holland (NMZH). De Bewoners Tegen Vliegoverlast Rotterdam Airport (BTV) onderschrijft deze conclusie. Er zijn namelijk forse pieken in de luchtvervuiling door ultrafijnstof, iets wat samenhangt met veel opstijgende en landende vliegtuigen. Op die momenten ademen omwonenden dus ook meer ultrafijnstof in. Ook is het aantal meetpunten in het onderzoek beperkt gebleven tot één locatie, waardoor er nog geen volledig zicht is op de situatie wat ultrafijnstof rond RTHA betreft.

Ultrafijnstof en vliegverkeer

Lange tijd werd aangenomen dat vliegverkeer alleen voor hinder zorgde door geluidsoverlast, stank en CO2 uitstoot. Er was weinig aandacht voor andersoortige luchtvervuiling door de luchtvaart. Eind 2015 wees onderzoek van TNO rond Schiphol echter uit dat opstijgende vliegtuigen voor verhoogde concentraties ultrafijnstof zorgen in de woongebieden rondom de nationale luchthaven. 

Kankerverwekkend

De conclusie van TNO was een zorgelijke omdat ultrafijnstof vanwege de kleine omvang van de deeltjes tot diep in het lichaam kan doordringen en daar schade aan kan richten. Kanker is één van de aandoeningen die ultrafijnstof veroorzaakt. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat vond dit aanleiding om door het RIVM aanvullend onderzoek te laten doen naar de gezondheidseffecten voor omwonenden van Schiphol. Dit onderzoek loopt nog steeds. Ondertussen was nog niet bekend of er rond RTHA ook sprake is van verhoogde concentraties ultrafijnstof als gevolg van het vliegverkeer. RTHA heeft dit nu laten onderzoeken door TNO.

BTV kritisch 

RTHA heeft als belanghebbende een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA) laten uitvoeren om zijn uitbreidingsplannen te toetsen. Dit rapport is door onafhankelijke economen flink onderuit gehaald omdat de voordelen van de uitbreiding schromelijk werden overdreven en de nadelen genegeerd dan wel gebagatelliseerd.

Nu ligt er dus wederom een onderzoek in opdracht van RTHA, deze keer over ultrafijnstof. Opmerkelijk is dat in het onderzoek slechts sprake is van één meetpunt in een woongebied (in Schiebroek). Ook zijn er alleen metingen uitgevoerd in de wintermaanden, de maanden waarin het juist relatief rustig is met vliegverkeer op de luchthaven. Het rapport verklaart niet waarom specifiek dit meetpunt is gekozen, terwijl de vliegtuigen ook in de andere richting starten en laag over bebouwing hun uitstoot verspreiden. Tevens is niet duidelijk wat de resultaten zullen worden wanneer de toestellen in de door RTHA gewenste frequentie zullen vertrekken en dalen.

Pieken in vervuiling

RTHA werkt graag met ‘gemiddelde waarden’ wanneer het vervuiling en overlast in kaart brengt. De realiteit is dat de toestellen in ‘golfbeweging’ vertrekken en landen waardoor er grote pieken ontstaan. Om die extreme pieken af te vlakken wordt gerapporteerd dat het gemiddelde wel meevalt. Een ongezonde redenering omdat juist ook piekbelasting tot gezondheidseffecten leidt.
Rotterdam The Hague Airport is in het verleden vaker bestempeld als een planologische blunder: het ligt veel te dicht tegen bebouwing aan. Een onafhankelijke verkenner verrichtte eerder onderzoek naar maatschappelijk draagvlak voor uitbreiding en kwam tot de conclusie dat het draagvlak niet aanwezig is. De BTV vindt het, gezien de uitkomst van bovenstaande onderzoeken, ronduit verbijsterend dat de directie de plannen om uit te breiden gewoon doorzet.

Mogelijkheden voor gezondere lucht

Waar wegtransport en industrie door de overheid gestimuleerd worden om milieumaatregelen te nemen, blijft de luchtvaart onder verwijzing naar internationale afspraken geheel buiten beeld. Om tot gezonde lucht in de regio komen, zullen alle bronnen van vervuiling moeten worden aangepakt, aldus de NMZH. Wat het luchtverkeer betreft zou een eerste stap in de goede richting het gebruik van zwavelvrije kerosine zijn. Verder vindt de NMZH het belangrijk dat er verder onderzoek wordt gedaan om een volledig beeld te krijgen van de luchtkwaliteit. De BTV-Rotterdam onderschrijft dit, maar is ook voorstander van accijnsheffing op de kerosine, alsmede van heffing van BTW op zowel de brandstof als vliegtickets. Hiermee wordt een eerlijkere concurrentie met andere vervoersmiddelen mogelijk.

Conclusie: géén uitbreiding van RTHA

De BTV-Rotterdam stelt dat het, gezien de beperkte omvang van het onderzoek en de hoeveelheid onduidelijkheden in de rapportage, verstandig is om geen uitbreiding in het aantal vluchten toe te staan. Méér vluchten leiden immers aantoonbaar tot méér vervuiling, méér overlast en méér schade aan gezondheid en milieu. Bovendien blijkt uit de second opinion van de MKBA dat noch Schiphol noch RTHA motoren van de (regionale) economie zijn.

Daarom dient actief te worden gezorgd voor alternatieve middelen voor transport. De miljarden euro investering in HSL-lijnen biedt veel mogelijkheden om met bestaande infrastructuur milieu- en mensvriendelijke persoonsverplaatsingen te realiseren. Vakantievluchten naar het buitenland dragen immers niet bij aan economische ontwikkeling van de regio, maar faciliteren slechts een ‘geldvlucht’. Wanneer de reizen vervallen, blijft het geld meer in eigen land en blijft de natuur gespaard en komt er meer ruimte vrij voor vliegreizen die wel economisch nut hebben.

Rotterdam, 29 juli 2018

• Lees het TNO-rapport hier

• Lees ook commentaar op milieufederatie.nl.

• Lees ook "Onderzoek RTHA Rammelt"