BTV-Rotterdam uit Vermoeden van verboden staatssteun aan Schiphol/Rotterdam Airport 

Bewonersvereniging BTV-Rotterdam Airport heeft het sterke vermoeden dat de Gemeente Rotterdam verboden staatssteun geeft aan Rotterdam The Hague Airport en de NV Luchthaven Schiphol.

BTV-Rotterdam

De vereniging vraagt de gemeente nu om tekst en uitleg en overweegt juridische stappen tegen de mogelijk oneigenlijke steun.

De steun zou zijn gegeven in de vorm van een onzakelijke pachtovereenkomst voor de terreinen van het vliegveld. De gemeente heeft de grond veel te goedkoop ter beschikking gesteld aan RTHA en de NV Luchthaven Schiphol, zo vermoedt BTV.

"De gemeente stelt in zo'n geval openbare middelen ter beschikking tegen voorwaarden die gunstiger zijn dan de voorwaarden die een particuliere economische speler zou geven aan een onderneming met een vergelijkbare financiële situatie en concurrentiepositie", aldus BTV.

De bewonersvereniging achterhaalde dat Schiphol in de periode van 1990 tot 2000 één euro per jaar betaalde voor het gebruik van het gehele terrein met opstallen. Vanaf 2001 gold een vaste vergoeding van 261.000 euro per jaar plus een variabele vergoeding van 10 tot 40 procent van de opbrengsten voor erfpacht aan derden.

In 2006 werd vervolgens de jaarlijkse erfpacht voor een periode van 99 jaar afgekocht tegen een eenmalig bedrag van 32,5 miljoen euro. BTV is van mening dat dit bedrag niet marktconform is.

Vrijwel alle grondtransacties van de gemeente lopen via het hiervoor opgerichte Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam (OBR). Bij de transactie met Schiphol werd de OBR gepasseerd en onderhandelde het college van burgemeester en wethouders zelfstandig met het vliegveld. Met mogelijk een veel te mager resultaat.

BTV vraagt de gemeente nu om inzage te geven in de erfpachtakten en in een notitie van De Brauw Blackstone Westbroek uit het jaar 2000. Daarin wijst het advocatenkantoor de gemeente op afwijkingen in de opgestelde akten ten opzichte van de normale gang van zaken.

De bewonersvereniging hoopt dat de gemeente het vermoeden van staatssteun kan ontkrachten. Als dat niet het geval is, dan overweegt BTV juridische stappen.

Einde Persbericht.

Download hier de PDF met de brief


Aan: College van Burgemeester en Wethouders gemeente Rotterdam
T.a.v. mevr. C. Zeegers en de heer V. Karremans
Coolsingel 40
3011 AD Rotterdam
Kopie aan: Gemeenteraad Rotterdam
9 april 2024

Betreft: Vermoeden van verboden staatssteun aan Schiphol/Rotterdam Airport

Geacht College,
Wij vragen uw aandacht voor het volgende.

Feiten

Medio 2001 heeft de Gemeente Rotterdam (Gemeente) met N.V. Luchthaven Schiphol (Schiphol) een Raamovereenkomst gesloten ten aanzien van de ontwikkeling van Rotterdam Airport. De Raamovereenkomst is een uitwerking van het Onderhandelaarsakkoord tussen deze partijen over de inrichting van Rotterdam Airport als zakenluchthaven d.d. 19 januari 1998 (Akkoord).

Op 28 november 2000 heeft het College van Burgemeester en Wethouders (College) de Raamovereenkomst ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad. In de raadsvergadering van 14 december 2000 heeft de Raad ingestemd met het aangaan van de Raamovereenkomst.

Uit deze overeenkomsten en de notulen van de Gemeente in onderlinge samenhang blijkt het volgende:

De Gemeente verhuurt de terreinen met opstallen van Rotterdam Airport aan Schiphol voor een vergoeding van EUR 261.000 (excl. BTW) per jaar, voor het eerst te indexeren met ingang van 1 juli 2000. Dit betreft het vaste deel van de vergoeding. Het variabele deel van de vergoeding is afhankelijk van de uitgifte van vastgoed (op erfpachtbasis) door Rotterdam Airport/Schiphol aan derden. Dit variabele deel bedraagt een percentage van de uitgifteprijs die door deze derden wordt betaald en varieert van 10% - 40% van de opbrengst, afhankelijk van het totale aantal vierkante meters dat Rotterdam Airport/Schiphol aan derden uitgeeft. Bij uitgifte stellen Schiphol en de Gemeente de te realiseren uitgifteprijs in onderling overleg vast op basis van de marktwaarde. Als referentie voor de marktwaarde wordt uitgegaan van een gemiddelde prijs van NLG
300,- per m2 b.v.o. voor bedrijven en NLG 550,- per m2 b.v.o. voor kantoren op basis van het prijspeil per 1-1-1998. Deze vergoedingsstructuur treedt in werking op 1 juli 1998.

In 2001 is het huurcontract voor de terreinen met opstallen aangeduid als Landzijde I (het voorterrein en de parkeerterreinen) omgezet in een recht van erfpacht met Rotterdam Airport/ Schiphol als erfpachter. Na het onherroepelijk worden van het Aanwijzingsbesluit op 22 december 2004 is de huurovereenkomst voor (i) de resterende terreinen met opstallen aangeduid als Landzijde II (de grasbanen die als landzijde kunnen worden ingericht) omgezet in een recht van erfpacht met Rotterdam Airport/ Schiphol als erfpachter en (ii) het gedeelte van Rotterdam Airport aangeduid als Luchtzijde (het terrein voor het directe luchthavenproces) omgezet in een recht van erfpacht met Rotterdam Airport/ Schiphol als erfpachter.

Schiphol heeft zich ertoe verplicht de Landzijde te ontwikkelen in overeenstemming met de Ontwikkelingsvisie, dat wil zeggen het aantrekken van bedrijven en investeerders voor (luchtvaart geori nteerd) vastgoed op het terrein van Rotterdam Airport.

In het kader van de Raamovereenkomst is ook overeenstemming bereikt over de afkoop van het jaarlijkse erfpachtcanon. Deze afspraken komen kort gezegd neer op het volgende:

  • de afkoopsom van de Luchtzijde (voor 50 + 49 jaar) is gebaseerd op het Akkoord via kapitalisatie van de vergoeding en bedraagt NLG 9,5 miljoen;
  • de afkoopsom van de Landzijde (voor 99 jaar) is gebaseerd op een netto contante waarde berekening en bedraagt NLG 28 miljoen.

Op het gehanteerde afkoopbedrag van NLG 37,5 miljoen is enerzijds een toeslag berekend van 20% en heeft anderzijds een aftrek van NLG 12,5 miljoen voor risico-overname plaatsgevonden. Dit heeft geresulteerd in een afkoopsom van per saldo NLG 32,5 miljoen. (De locatie van de voormalige bitumenfabriek valt buiten deze afkoopsom.)
De afkoop heeft plaatsgevonden in 2006.

Wij citeren hierna een aantal passages uit de notulen in verband met de door Schiphol/Rotterdam Airport te betalen vergoeding voor de terreinen en de opstallen:

28 november 2000 - Brief van het College aan de Raad: 
"In 1990 is het gebruik van de luchthaven overgedragen aan NVLS [= Schiphol]. In de periode daarvoor werden jaarlijks aanzienlijke verliezen geleden. Als jaarlijkse vergoeding werd in eerste instantie met NVLS een bedrag van fl. 1,- per jaar overeengekomen. Na moeizaam overleg is deze vergoeding verhoogd naar een vast bedrag van fl. 575.000 per jaar."

14 december 2000 Notulen van de Raadsvergadering:
Raad:

"Wij hebben moeite met twee punten in het contract, ten eerste met de hier ingevoerde tweetrapsraket voor de erfpacht. [...] Wij geven zelf in de hele stad in gemeentelijk eigendom zijnde grond uit aan bedrijven en hebben daar het OBR voor. Wij begrijpen niet waarom deze tweetrapsraket hier nodig is en willen dat het OBR zelf met de bedrijven onderhandelt en zaken doet. [ ]
Het tweede punt waar wij moeite mee hebben, betreft de prijs waartegen de grond wordt uitgegeven. Het gaat om een bedrag van f 575.000,- dat ooit als een soort onderhandelingsresultaat is vastgesteld, omdat het voor de N.V. Luchthaven Schiphol alleen op deze manier mogelijk is rendabel te exploiteren."

College:
"Met betrekking tot de prijs ik wil er niet te veel over zeggen meent het college dat wij, alles afwegende en ook gegeven de risico s die er rond de exploitatie nog kunnen zijn wat betreft bodem en dergelijke, een alleszins aanvaardbare prijs zijn overeengekomen."

Vermoeden van verboden staatssteun

Er is sprake van verboden staatssteun indien de tussen de Gemeente en Schiphol overeengekomen vergoeding voor het gebruik van de terreinen en opstallen van Rotterdam Airport en de daarop gebaseerde afkoopsommen van de erfpacht niet-marktconform zijn. Niet-marktconform wil zeggen dat er openbare middelen ter beschikking worden gesteld tegen voorwaarden die gunstiger zijn dan de voorwaarden die een particuliere economische speler zou geven aan een onderneming met een vergelijkbare financiële situatie en concurrentiepositie.1.

Wij denken dat de vergoeding niet-marktconform is:

  1. In de periode 1990 - 2000 betaalde Schiphol 1 euro per jaar voor het gebruik door Rotterdam Airport van het gehele terrein met opstallen.
  2. Vanaf 2001 geldt de zgn. tweetrapsraket waarbij (i) de vaste vergoeding is vastgesteld op EUR 261.000,- (met jaarlijkse prijsindexatie) en de verlieslatende exploitatie van Rotterdam Airport leidend is geweest voor de hoogte van de vergoeding en (ii) de Gemeente voor de erfpacht van vastgoed aan derden slechts recht heeft op 10 40% van de opbrengst.

Wij vernemen graag v r 1 mei a.s. uw reactie. Als onderdeel daarvan ontvangen wij ook graag de volgende stukken die nog ontbreken in onze analyse:

  1. 1. Afschriften van de erfpachtakten, genoemd in de Raamovereenkomst.

    2. Toelichting van de Brauw Blackstone Westbroek in het kader van de Raamovereenkomst over de afwijkingen van de erfpachtakten ten opzichte van de Algemene Bepalingen voor de Gemeente, genoemd in het voorstel van het College van 28 november 2000.

Indien we voor 1 mei a.s. geen reactie van u ontvangen, of uw reactie onvoldoende is om ons vermoeden van verboden staatssteun weg te nemen, zullen wij (rechts)maatregelen treffen.
Hoogachtend,

A.B. Blokhuizen (voorzitter) S.F.M. Sinnecker (secretaris)

1 Mededeling van de Commissie inzake communautaire richtsnoeren voor financiering van luchthavens en aanloopsteun van de overheid voor luchtvaartmaatschappijen met een regionale luchthaven als thuishaven (2005/C 312/01), paragraaf 50. Zie ook: Guidelines on State aid to airports and airlines (2014/C 99/03): In Leipzig/Halle airport , the General Court held that, from 2000, the application of State aid rules to the financing of airport infrastructure could no longer be excluded. Consequently, from the date of the judgment in A roports de Paris (12 December 2000), the operation and construction of airport infrastructure must be considered as falling within the ambit of State aid control (paragraaf 28).